Meelopen met de verslavingsarts

Auteur: Gepubliceerd op: 
Co-column

“Ik heb zeg maar wel iets tegen pillen dus ik neem liever geen paracetamol.” We horen het wel vaker, maar afkomstig van de patiëntengroep uit mijn meest recente coschap klinkt het toch wat misplaatst. Een plek waar heroïne wordt voorgeschreven, tassencontroles plaatsvinden en patiënten dronken bij de dokter komen: de verslavingszorg.

Tijdens M2 loop je een coschap sociale geneeskunde: in een verpleeghuis, bij de GGD, de bedrijfsgeneeskunde, et cetera. Klinkt… wisselend, of niet? In mijn zeldzame geval bleek er geen plek meer te zijn in Zwolle en werd ik verbannen naar de verslavingszorg in Oost- Nederland. Aldaar betrad ik een nieuwe wereld die voor mij (en voor jou, lezer, of moet je me iets vertellen?) geheel onbekend was.

Een wereld uit series en films - wat dan natuurlijk tot een hele hoop hardnekkige vooroordelen leidt. Ik kwam al snel terug op mijn ideeën over verslaving toen een groot deel van de poliklinische afspraken mensen betrof met doorsnee banen en prima functionerende gezinnen. Alcoholverslaving komt schrikbarend veel voor onder hoogopgeleiden, en wat dacht je van oxycodonafhankelijkheid?

Dat een verslaafde altijd dakloos is, stinkt en een uitzichtloos bestaan leidt is niet alleen onwaar maar helaas ook de oorzaak van de afkeer die de maatschappij heeft voor deze groep mensen. Ze moeten allemaal maar clean worden, wegblijven van criminaliteit, zich gedragen. Bij de verslavingszorg leer je dat het allemaal net wat genuanceerder ligt; een heroïneverslaafde overzetten op methadon, al is het levenslang, is ook al winst. Afkicken is vaak niet haalbaar en wanneer het toch lukt is dat vaak maar van korte duur. Toen de verpleegkundige bij de tassencontrole op de detoxafdeling over een halfleeg flesje drank/GHB/gewoon lenzenvloeistof zei “Volgende keer niet meer meenemen, hè?” gaf ze zonder het door te hebben de trieste realiteit weer: over een paar weken staat deze man
waarschijnlijk weer onder invloed op de stoep.

vergroot /afbeeldingen/panessay/2019/heroine.jpg
Heroïne op recept.

De zorgverleners in de verslavingskliniek zijn gehard door de ellende die zij dagelijks zien, de doelen die zij stellen gericht op het voorkomen van grote schade voor gezondheid en maatschappij. Ik - idealistisch en misschien wat naïef - keek op van de utilitaristische houdingen die ik om mij heen zag: waar is plek voor waarden als autonomie, vrijheid van afhankelijkheid? Een patiënt die op dag twee van de detoxbehandeling zich bedenkt en vertrekt, wordt zowat uitgezwaaid: “We konden hem toch niet dwingen om te blijven. Koffie?”

Als coassistent neem je snel de mindset van een afdeling over. Na slechts enkele weken in een vakgebied denken dat je het beter weet, zou niet heel gepast zijn. Bij de interne maken we een  differentiaaldiagnose waar we voor de zekerheid ook maar 84 tropische ziektes op zetten. Onze longpatiënten vertellen we niet dat ze moeten stoppen met roken - doen ze toch niet. Een verslaafde weghouden van besmette naalden en misdrijven door heroïne op recept te geven, is een fantastisch resultaat.

Toch wil ik je op het hart drukken om de gang van zaken zo nu en dan in twijfel te trekken. Een kritische frisse blik van een co kan nieuwe inzichten geven. Helaas staan artsen er niet altijd voor open, maar wanneer er ruimte voor is kun je in de vorm van neutrale vragen aangeven waar je van opkijkt. Alleen al voor jezelf formuleren wat er beter kan in de praktijk die je elke dag observeert, draagt bij aan je ontwikkeling tot een goede dokter. Rebelleer! Je hoeft het niet uit te spreken, je hoeft er geen cocolumn over te schrijven, doe het stilletjes.
And don’t do drugs, kids.