Thuiszorgcolumn

Auteur: Gepubliceerd op: 
Column

Thuiszorg column: Roken als medicijn?

Mocht het nou alcohol of roken zijn, of het nou persoonlijk is of in sociale kringen we hebben allemaal wel eens met verslaving te maken gehad. Een broer die af en toe bezopen thuiskomt, een kettingroker met COPD die je je oom mag noemen en ga zo maar door. Ook in de thuiszorg is verslaving een leidmotief: of het nou een collega is of een immobiele cliënt met een rookverslaving.

Nietsvermoedend en half slapend fietste ik mijn inmiddels welbekende route in de wat armoedigere buurten van het hoge Noorden. Ik kwam aan bij het eerstvolgende adres en zag dat de voordeur alweer openstond. Wij zijn al zo lang bij mevrouw in dienst dat ze inmiddels weet dat een van de dames van de thuiszorg rond 10:00-10:15 haar dagelijks bezoek brengt. Gezien dit de eerste keer was dat ik mevrouw zou bezoeken, had ik even wat onderzoek gedaan over wie ik straks voor me zou hebben. Vrouw, 49 jaar, na een ernstig auto-ongeluk vijf jaar geleden een totale heupprothese gekregen, moest er vanwege een infectie uitgehaald worden. Mevrouw is momenteel aan het wachten op verdere operaties en is rolstoel gebonden. Aan mij de taak om haar te helpen met wassen en aankleden van het onderlichaam. 

Ik kwam de kamer binnen en werd verwelkomd door de aangename geur van brandende wierookstokjes. “Tegen de slaaplucht” hoorde ik uit een hoek van de kamer. Nadat ik me voorgesteld had en ik het bekende ‘ik heb nog nooit een man in de zorg gezien’-verhaal aangehoord had, gingen we over tot het vervullen van de eerder genoemde taken. Aan het einde van mijn vijftien minuten in de agenda aangegeven cliëntentijd, stelde mevrouw de vraag die me heeft geïnspireerd tot het schrijven van deze thuiszorgcolumn. Mevrouw is namelijk al zo lang ze zich kan herinneren afhankelijk van een pakje of twee sigaretten per dag, maar gezien ze immobiel is en het woord ‘familie’ niet in haar woordenboek staat, heeft ze geen mogelijkheid deze zelf te kopen. “Zou jij voor mij een pakje sigaretten willen kopen?”

Ik sprak laatst een vriendin van me over ditzelfde onderwerp. We hadden een meningsverschil over hoe het geven van sigaretten soms verantwoord is, als een patiënt op dat moment echt niet zonder kan bijvoorbeeld. Zij is verpleegkundige en vertelde me over haar ervaringen op de crisisafdeling van een psychiatrische inrichting. Het is namelijk zo, dat zij een pakje zogeheten ‘noodshag’ hadden liggen. Een patiënt kreeg simpel gezegd een sigaret aangeboden als ze roker waren maar zelf onmogelijk aan sigaretten konden komen. Een sigaret aanbieden helpt in dit geval voor het zorgen van een contactmoment en het voorkomen van ergere situaties. Bovendien vindt zij het achterhouden van sigaretten voor iemand met een levenslange verslaving onnodig wreed. Ik, als nog onaangetast geneeskundegroentje, was van mening dat het onze taak als zorgprofessionals is om de gezondheid van de patiënten te bevorderen, wat we in G2020 dan ‘health advocacy’ mogen noemen, en dit zou betekenen dat een sigaret aanbieden aan een cliënt des duivels is. Maar mijn ervaringen in de thuiszorg hebben me doen nadenken.

Stel je voor dat je een levenslange rookverslaving hebt en je door een onverwacht voorval ineens geen beschikking meer hebt tot een sigaret. Is het niet slechter voor de gezondheid om in één keer te stoppen met roken? Een afkickprogramma zal je adviseren om rustig af te bouwen. Maar is het aan de andere kant wel de taak van de verpleging om een cliënt in hun sigaretten te voorzien? En bovendien, kun je als toekomstig arts aan de ene kant sigaretten verbannen bij al je patiënten vanwege alle gezondheidsrisico’s, maar aan de andere kant dezelfde risico’s negeren als het om een bedlegerige en afhankelijke patiënt gaat? En waar zouden we dan de grens trekken, laten we cliënten met een alcoholverslaving dan ook af en toe een glaasje drinken? Laat staan het scala aan andere verslavingen die we kennen. Het is een moreel dilemma, een met een ogenschijnlijk onmogelijke oplossing, maar de keuze moet toch gemaakt worden.